In augustus 1991 schreef een graancirkelonderzoeker 'TALK TO US' in het graan. Midden
augustus verscheen er een merkwaardige inscriptie in nabij Alton Barnes in Wiltshire. Er
waren vreemde letters van een onbekende taal zichtbaar in het geplette graan. De Engelse
archeoloog, en voorzitter, oprichter van de C.C.C.S. Michael Green, identificeerde de letters
als een soort Hebreeuws.
Van rechts naar links staat er ; Phehthi of Ptah (de Egyptische god van de schepping) en
Ea-cheche of Ea-enki (De Sumerische God van de wijsheid, of vriend van de mens). Dit alles is
een zeer interessant gegeven, maar wie zijn die Ptah en Enki nu eigenlijk? Om dat uit te leggen
moeten we eerst wat anders weten, willen we de rest kunnen begrijpen.
Zecharia Sitchin schreef in 1976 al in zijn boek 'The Twaalfde Planeet' dat, en ik citeer;
'Uranus werd ontdekt in 1781. Na een onbekende planeet 50 jaren lang te hebben geobserveerd,
wist men door middel van wiskundige berekeningen de planeet eindelijk te lokaliseren. Neptunus
werd ontdekt in 1846. Aan het eind van de 19e eeuw werd al gauw duidelijk dat er nog een planeet
moest zijn die de banen van Uranus en Neptunus verstoorde. Men dacht het raadsel te hebben
opgelost toen men in 1930 Pluto ontdekte. In 1986 bereikten ons beelden van Pluto via de Voyager,
en bleek dat de planeet veel kleiner was dan men veronderstelde, maar Pluto kon met zijn 'geringe'
afmetingen niet de veroorzaker zijn van de onregelmatigheden. Maar nog steeds was er 'iets' dat
de banen van Uranus en Neptunus verstoorde, maar wàt dan?' (In Juli 1978 al beweerden astronomen van het
Marine Observatorium in Washington dat Pluto veel kleiner is dan tot nu toe werd aangenomen. Pluto
kan dus niet langer worden gezien als de enige veroorzaker van onregelmatigheden in de omgeving
van Neptunus. In Juni 1979 deelde men Sitchin mee dat het zoeken naar de aanwezigheid van een
grotere planeet was begonnen. Astronomen zijn dus al bijna 20 jaar aan het zoeken! )', aldus
mijn vertaling.
Deze nog niet gelokaliseerde planeet is drie keer groter dan onze aarde. Ook werd er de baan
om onze zon berekend. De omlooptijd bedraagt 3600 jaar. Vermoedelijk is deze planeet voor het
laatst rond 200 v. Chr. in ons zonnestelsel geweest. Deze planeet, die Sitchin in zijn boeken* uitvoerig beschrijft,
heet Nibiru. De oude Sumeriërs kenden deze planeet al, tezamen met zijn bewoners, de Anunnaki,
ook wel de Nefilim (goden) genoemd. In de ogen van de Sumeriërs waren de bewoners van Nibiru '
goden' met al hun voertuigen, wapens en kennis. De leider van de eerste groep Anunnaki die naar
de aarde kwamen was Ea. Ea landde ongeveer 450.000 jaar geleden in de Perzische Golf. Ea betekent ' Heer
der wateren'. Na de zondvloed, die veroorzaakt werd door de grote aantrekkingskracht van Nibiru,
kreeg Ea de zeggenschap over Egypte, terwijl zijn broer Enlil over Mesopatamië waakte. Ea moest
daar na de zondvloed Egypte weer droog maken. Zijn naam veranderde in Enki. Hij deed dit niet
zelf, aangezien hij meerdere bijnamen en titels had. Deze naam werd hem gegeven. Enki betekent
'Heer van het Land'. Zijn Egyptische naam was Ptah. Enki had een zoon genaamd Thoth, die de
Egyptische god van de wetenschap, wiskunde en de kalender, de Goddelijke schrijver, die de boeken
van de goden bijhield en de hoeder van de geheimen van de Piramidebouw. Hij was de god van de
maankalender, terwijl zijn broer Ra de God was van de zonnekalender. Ra was de oudste zoon van
Enki. In Sumerië stond Thoth bekend als Ningisjzidda, terwijl Ra daar onder naam Marduk bekend
was.
Het symbool van Ra/Marduk waren twee rond elkaar kronkelende slangen die hij van zijn vader
Ptah/Enki had overgenomen. Het symbool van de twee rond elkaar kronkelende slangen is volgens
Sitchin afkomstig van de dubbele helix van het DNA. Vader Ptah/Enki was dan ook bezig met
genetische manipulatie. Thoth/Ningisjzidda was op de hoogte van de genetische manipulatie van
zijn vader, terwijl de kennis van de op macht beluste Ra/Marduk niet zo groot was. Samen met
zijn halfzus Ninharsag (die biologe en geneeskundige was) was Ptah/Enki verantwoordelijk voor
de schepping van Adam. Het was noodzakelijk dat er een ' mens' werd geschapen omdat de arbeid
voor de goden te zwaar werd. Die 'mens' kon dan de zware arbeid overnemen, en zodoende de goden
(be)dienen.
Als we dit verhaal naast de Bijbel leggen en er Genesis 1:26 bijpakken dan wordt het genoemde
Bijbelgedeelte duidelijker dan ooit. In Genesis 1:26 staat; 'En God zeide; Laat ONS mensen
maken, naar ONS beeld, als ONZE gelijkenis.' Tegen wie praat God eigenlijk? En wie is die ONS?
En wie wordt er bedoeld met 'God'? Zijn het soms Ptah/Enki en Ninharsag die verantwoordelijk
waren voor 'schepping', zoals de letterlijke vertalingen vanuit het Sumerisch ons vertellen?
Is er inderdaad door middel van genetische manipulatie ingegrepen in de geschiedenis van de
mensheid?
Naar aanleiding van het bovengenoemde is de op 17 juni 1995 gevonden graancirkelformatie nabij
Alton Barnes natuurlijk wel heel frappant. Alweer bij Alton Barnes, waar ook al vier jaar
daarvoor de eerder genoemde inscriptie verscheen. Deze graancirkelformatie wordt de dubbele
helix genoemd omdat het een weergave lijkt van een DNA-spiraal.
Het frappante hiervan is dat op de vraag 'TALK TO US' het antwoord was; Phehthi of Ptah en
Ea-cheche Ea-enki, en hebben we net niet gezien dat Enki en Ptah èèn en dezelfde 'persoon' zijn?
Ptah in Egypte, en Enki in Sumerië. En is het dan niet vreemd dat diezelfde Ptah/Enki zich in het
verleden bezig hield met de genetische manipulatie van de mensheid? Nog merkwaardiger is dat er in deze
graancirkelformatie een extra cirkeltje is gevonden. Is die extra cirkel soms de 'missing link'
tussen de goden en de mensen? Is dat het extra stukje DNA dat er voor zorgt dat wij nu slechts
een klein gedeelte van onze hersenen gebruiken? Is er in vroeger tijden door de goden onze DNA
gewijzigd ten opzichte van hun? En wat is dat stukje extra DNA ? Als we het hebben wat kunnen
we dan meer? Zullen we met dat extra stukje DNA misschien in staat zijn om de
graancirkelformatie's te ontcijferen? Zijn de goden weer onder ons, en zijn zij
verantwoordelijk voor de diverse formatie's en pictogrammen, en is dit een manier van de goden
om door middel van graancirkels ons iets duidelijk te maken?
De tijd zal het leren.
© Robert J. Boerman 1998.