Rapport van Jan Willem Bobbink en Robert Boerman
Tijdens een rondvlucht op 27-07-2003, ontdekte Jan Willem Bobbink deze graancirkel nabij het Brabantse Uppel. De volgende dag is de STichting PTAH naar Uppel gereden voor nader onderzoek.
Eenmaal ter plaatse bleek dat deze graancirkel in tarwe was ontstaan in de nacht van 21 op 22 juli. Onderzoek wees uit dat er in het midden van de cirkel een leycentrum ligt. Ook lopen er twee lijnen die de cirkel aan de buitenkant raken. Verder wist de eigenaar van een naast het veld gelegen boerderij te vertellen dat zijn waakhonden die nacht rond middernacht ongeveer een uur lang hebben geblafd. Iets wat de honden normaliter niet doen. Verder zijn er geen geluiden of lichten waargenomen.
Nadat ons onderzoek was afgerond, kwam een man uit een direct aan het veld gelegen huis naar ons toe lopen. Allereerst wilde de man weten wat de eigenaar van de honden ons verteld had. Daarna wist de man ons haarfijn uit te leggen dat hij de bewuste avond ongeveer drie jongens het veld in heeft zien lopen. Twee daarvan hadden een wit overhemd aan. Een van hen legde volgens de ooggetuige het graan plat met een soort van sikkel, waar men vroeger het graan mee oogste. De tweede kroop op zijn knieën rond om het graan beter plat te leggen. Deze graancirkel is volgens de ooggetuige voor 100% mensenwerk. Zijn vrouw had het ook gezien en zij waren absoluut niet blind en weten dus wat zij gezien hebben...
Een zeer vreemd verhaal, temeer omdat de man niet kon zeggen wie de jongens waren, want, zo vertelde hij later, hij had vanuit een verlichte kamer naar buiten had gekeken en zodoende dus niet veel had kunnen zien.
Al met al maakte de man een nerveuze indruk alsof hij niet wilde dat graancirkels op een andere manier ontstaan dan mensenwerk...
- Diameter cirkel: 9.40 meter
- Gewas: tarwe
- Ligging: linksom
- Leylijnen: ja en leycentrum in het midden van de cirkel
